dinsdag 12 mei 2009

Iran: een robuuste, oude wijn

“Ben je niet bang?” Het is de vraag die ik het vaakst te horen krijg wanneer ik mensen vertel dat ik straks een maand door Iran reis, mét een journalistenvisum.
Nee, ik ben helemaal niet bang. Angst is een slechte raadgever, niet alleen in Iran, maar overal en altijd in het leven. Wie zijn dromen verwezenlijkt, is niet bang. En voor het eerst voet op Iraanse bodem zetten, is een droom die ik al jaren koester en die op 1 juni eindelijk werkelijkheid wordt. Brussel-Istanbul-Teheran, Imam Khomeini Airport. Ik tel de dagen af.

Strikt genomen ga ik naar Iran om te ‘werken’: Pieter-Jan De Pue en ikzelf zullen in de marge van de presidentsverkiezingen vier keer verslag uitbrengen voor De Standaard, ik zal dagelijks bloggen voor dezelfde krant, en in maart 2010 verschijnt bij Uitgeverij Lannoo een boek over onze reis. Toch zal ik nooit het gevoel hebben dat het hier om werk gaat. Me in Iran verdiepen, is niet werken, maar genieten. Ik prijs mezelf gelukkig dat ik van mijn grootste passie misschien straks wel mijn beroep kan maken.

Wat me zo aantrekt in Iran? Het is na ‘ben je niet bang’ die andere vraag die mensen me vaak stellen. Vaak zie ik dan een blik in hun ogen die zegt: brrrr, wil je daar echt naartoe, naar zo’n eng land waar je niet mag zeggen wat je denkt, waar homoseksuelen worden opgehangen en waar vrouwen zo schandalig worden gediscrimineerd? Ja, dat wil ik echt, en ik geloof dat we in het Westen een veel te eenzijdig beeld hebben van de Islamitische Republiek. Natuurlijk, ik ben er nog niet geweest, dus ik spreek niet uit ervaring, maar op grond van alle boeken die ik gelezen heb, kan ik beslist zeggen dat hier al te vaak één kant van Iran wordt belicht. De fanatieke, duistere kant. En daar zijn de media in grote mate verantwoordelijk voor.

Maar ik wijk af – ik had het over wat Iran voor mij zo fascinerend maakt. Waar zal ik beginnen? België is een jong wijntje, maar Perzië is een robuuste oude wijn, en die hebben altijd meer te bieden. De geschiedenis van Iran bestuderen, dat is eigenlijk kennismaken met de geschiedenis van onze hedendaagse beschaving; het is de mens zelf ontdekken. Ik kan in dat verband trouwens ten zeerste het boek Persian fire van Tom Holland aanbevelen; geen andere werk ontsluit de geschiedenis van het oude Perzië op zo’n tegelijk toegankelijke en degelijke manier.

Er is de geschiedenis, en er is uiteraard ook de Perzische literatuur. Iran is een land van dichters, wordt vaak gezegd, en dat is niet zomaar een leeg cliché. Prachtig vind ik het, hoe de poëzie zelfs in het dagelijkse leven van Iran aanwezig is: hun dichters blijven ze na eeuwen nog steeds herdenken, en op de achterruiten van taxi’s zijn zelfs vaak verzen van Hafez te vinden.

Door Iran te ontdekken, ben ik een rijker mens geworden. Zeker, België heeft zijn schoonheid, maar de Perzische cultuur heeft mijn blik ontzettend verruimd. Maakt u zich geen zorgen: ik zal in Iran niet blind zijn en ook de negatieve aspecten waarnemen en beschrijven. Maar bovenal wil ik zoveel mogelijk mensen ook laten zien dat dit land zoveel meer is dan gesluierde vrouwen en bebaarde ayatollahs:

Iran, ey khorram behesht e man
Roushan az to sarnevesht e man
Gar atash barad be peykaram
Joz mehrat dar del naparvaram

Iran, o mijn groene paradijs
Verlicht is mijn lot dankzij jou
Wanneer het vuur regent op mijn lichaam
Een andere dan jouw liefde zal ik niet koesteren in mijn hart

(uit het populaire Iraanse volkslied ‘Ey Iran’)

1 opmerking:

  1. José Houtteman1 juni 2009 om 13:46

    Dag Ann,

    Ben zelf Tieltenaar en lees met veel interesse je blog omdat ik een aantal Iraanse vrienden heb . Ik wens je een goede reis vandaag .

    met vriendelijke groeten
    José Houtteman

    BeantwoordenVerwijderen